Reinier d’Ever - periode 1346-1417
Heer Reinier d’Ever was pas 14 jaar toen zijn vader omkwam in een veldtocht bij het Noord-Hollandse Warns. In diens voetsporen was Reinier een trouwe vazal van Hertog Albrecht van Beyeren, grootvader van de legendarische Jacoba. De Heerlijkheid Lisse werd in die jaren vanuit Teylingen bestuurd door Reiniers oom Gerrit van Heemstede.
Van Haeften van Rhenoy - periode 1417 – 1507
Na de dood van Reinier werd zijn kleinzoon Gijsbert van Haeften beleend met ‘de woninge met vyf morgen lants binnen den hiemwerf’. Met Gijsbert liep het niet goed af; hij was gebeten door een dolle hond en werd ook door deze ziekte aangetast. Zo’n bezetene werd als regel met stokken en knuppels doodgeslagen, maar als hoger geborene kreeg Gijsbert een voorkeursbehandeling: ‘Hij stierf jonck, gebeten van een dolle hont en worde tussen twee bedden versmoort’.
Van Matenesse - periode 1507 – 1628
Jan van Matenesse – kleinzoon van Clara van Haeften – overleed op 33-jarige leeftijd in 1522. Zijn weduwe vertrok naar Utrecht. Dever bleef tot 1564 in handen van de familie van Matenesse.
Schagen van Camons - periode 1628 – 1639
Met Johan van Schagen – zoon van Maria van Matenesse – beleeft Dever een nieuwe, zij het korte glorietijd. Het geslacht stamt af van Willem van Beyeren, bastaardzoon van hertog Albrecht van Beyeren. De bastaardzoon werd (in 1427) beleend met de heerlijkheid Schagen, waarna de familie zich ook zo gingen noemen. Jonker Johan trouwde in 1607 met Wilhelmina van Camons en bouwde het grote voorhuis voor Dever in de periode 1631-1634.
Van Wael van Vronenstein - periode 1674 – 1699
Willem de Wael van Vronesteyn betwistte het eigendom van Dever na de dood van zijn moeder met zijn broer Gerard en trok daarbij aan het langste eind. Hij verkocht de verderaf gelegen landerijen, o.a. die in Lisserbroek, en kocht stukken grond die aan Dever grensden. Jonkheer Willem stierf op 50-jarige leeftijd.
Scherpenseel van Rumpt - periode 1710 – 1716
Erasmus Bernardus Nicolaas van Scherpenseel – onfortuinlijke neef van Willem de Wael – liet zich na de dood van zijn oom belenen met Dever en de ambachtsheerlijkheid Lisse. De laatste jaren van zijn jonge leven – hij was nog geen veertig jaar oud toen hij overleed – woonde hij bij zijn zuster in Utrecht.
Heereman van Zuydtwijck - periode 1717 – 1949
Frederik Jacob Heereman van Zuydtwijck trouwde op 29 juli 1702 met Elisabeth Catharina van Scherpenseel van Rumpt, nadat zijn eerste vrouw – Agatha Maria van der Goes - in het kraambed was gestorven. Nog tijdens het leven van zijn zwager Erasmus nam hij een deel van diens schulden over, maar ook het erfdeel waartoe Dever behoorde. Frederik Jacob overleed op 30 maart 1745 op 81-jarige leeftijd in zijn woonplaats Roermond. Tot de onteigening in 1949 is ’t Huys Dever in handen van de (inmiddels Duitse) familie Heereman van Zuydtwijck gebleven.